Faalangsttraining

Faalangst

Letterlijk is faalangst de angst om te falen. Het kind is bang dat er, ondanks een goede voorbereiding, een mislukking volgt. Vaak is er ook al angst vooraf, dat zich bijvoorbeeld uit in buikpijn, slapeloosheid of te veel spanning. 'Het zal wel niet gaan lukken, de vorige keer lukte het ook al niet', zijn gedachten die lang tevoren al meespelen. Faalangst heeft het kind alleen als het gaat om een bepaalde 'taak' waarbij iets van hem/haar wordt verwacht of waarop een beoordeling volgt. Voorbeelden: rijexamen, een belangrijke sportwedstrijd, een toets op school, spreekbeurt, maar ook het stellen van een vraag in de les aan de leraar. Door de angst presteert het kind vaak onder zijn/haar niveau.

Er kan onderscheid gemaakt worden tussen twee vormen van faalangst. Bij de eerste vorm, de actieve faalangst, zien we dat de kinderen heel hard werken, niet in staat zijn wat afstand te nemen van hun schoolwerk en niet voldoende aan ontspanning toekomen. Zij zijn voortdurend bezig met hun prestaties en hebben altijd het gevoel dat het niet goed is. Bij de tweede vorm, de passieve faalangst, zien we de kinderen die stoppen met werken omdat ze te bang zijn voor een eventueel teleurstellend resultaat. Hun angst zorgt ervoor dat ze het liever niet proberen dan dat ze het verkeerd doen.

Het karakter van het kind bepaalt hoe het met de angst om zal gaan en hoe het kind de angst uit. Een kind dat faalangstig is, kan vrij gesloten van karakter zijn en zal niet willen praten over zijn angsten en problemen. Een afhankelijk kind zal juist wel willen praten en steeds hulp zoeken bij anderen. Sommige kinderen  proberen hun angst ook te verbergen. Bijvoorbeeld door overdreven grappig te gaan doen of heel stoer. Leerproblemen kunnen hierdoor het gevolg zijn.

Een aantal kenmerken van kinderen met faalangst:

faalangstige- een negatief zelfbeeld zorgt ervoor dat ze denken dat ze niets kunnen en niets weten.

- perfectionistisch gedrag zorgt ervoor dat ze te veel van zichzelf eisen.

- lichamelijke klachten zoals: hartkloppingen, zweten, maagklachten, darmklachten, hoofdpijn, slapeloosheid, hyperventilatie en/of trillen

- stress

 

 

Deze klachten ontstaan doordat het kind onder veel spanning staat door de faalangst. Daarom is het belangrijk om zo snel mogelijk de faalangst te onderkennen en het kind te helpen deze te overwinnen. Om het kind hierbij te ondersteunen, is de cognitieve faalangsttraining 'Sterker dan Faalangst' ontwikkeld. Deze training heeft hetzelfde raamwerk als de 'Ik ben Oké!' training en de Power Puber cursus en bestaat uit 5 à 6 bijeenkomsten.